Vergunningen, handhaving en toezicht

Home . Diensten . Vergunningen, handhaving en toezicht

Op gezette tijden is er in de media aandacht voor toezicht en handhaving (denk bijvoorbeeld aan de vuurwerkramp in Enschede, Chemiepack in Moerdijk of bij drugsdumpingen).

Of anders gezegd het gebrek daaraan. Vaak is dan de conclusie dat het geschort heeft aan toezicht en dat er sprake is van een vrijstaat voor de kwaadwillende. Maar is dat terecht? Bedenk daarbij of er wel voldoende capaciteit beschikbaar is gesteld om toezicht en handhaving voldoende goed te kunnen uitvoeren? En is de politiek ook bereid hier voldoende middelen voor vrij te maken? Het is en zal in de toekomst een uitdaging blijven om met de beschikbare middelen een goed niveau te blijven handhaven. Daarbij zijn er continue ontwikkelen in het samenvoegen van taken en verschuivende accenten. Het benoemen van speerpunten, combineren van kennis van verschillende personen en het in regionaal en landelijk overleg vormgeven in handhavings- en toezichtplannen en programma’s is noodzakelijk. De vorming van RUD’s hebben ertoe bijgedragen dat de handhaving effectiever en efficiënter wordt. Aandacht voor goede handhaving blijft nodig.

Kennis essentieel!

Naar mening van Artifex Terra bestaat de basis van toezicht en handhaving in het beschikbaar hebben van een uitgebreide en actuele kennis van wetgeving gecombineerd met praktijkervaring. Bij het ontbreken van kennis en ervaring is het effectief en efficiënt uitvoeren van toezicht niet haalbaar.

Handhaving heeft de afgelopen jaren steeds meer aandacht gekregen. Dit heeft er ondermeer toe geleid dat handhaving een prominente rol heeft gekregen in het Besluit bodemkwaliteit. Was er in het Bouwstoffenbesluit nog sprake van sectorale handhaving, is er nu sprake van ketenhaving. Handhavingspartners: provincie, inspecties, politie en omgevingsdienst werken nauw samen waardoor de efficiëntie en effectiviteit worden verhoogd. Zie ook bijvoorbeeld Ketentoezicht grondstromen en bodemsanering regio Brabant Zuidoost.

De handhaving bij bodemsaneringen kan erg complex zijn, door de vele besluiten, richtlijnen en protocollen, maar ook door de vele bevoegde gezagen. Zo is bij de bodemsanering het bevoegd gezag Wbb (provincies en grote gemeenten) betrokken, maar ligt het bevoegd gezag soms ook bij de inspectie Leefomgeving en Transport bij graven in verontreiniging met asbest in puinverhardingen of bij waterbodemsanering bij de waterschappen. De komst van de Omgevingswet maakt het er niet duidelijker op. Veel verontreinigingen blijven via het overgangsrecht nog vallen onder de Wet bodembescherming.

Daarnaast zijn andere bevoegd gezagen betrokken bijvoorbeeld bij het verstoren van archeologische waarden of beschermde dier- en plantensoorten of in gebieden waar niet gesprongen explosieven zijn te verwachten. Voor de toepassing van grond in het kader van het besluit Bodemkwaliteit zijn de gemeenten het bevoegd gezag (maar soms ook het waterschap) en moeten er meldingen worden gedaan bij een meldpunt. Ook de plaats waar de aanvulgrond vandaan komt kan een belangrijk punt zijn voor controle. Kijken we naar het transport van verontreinigde grond, de grondreiniging of immobilisatie dan is de Wet milieubeheer en de vergunningverlener daarbij van belang.

Het blijft lastig de handhaving en toezicht uit te voeren, zodanig dat in de beperkte tijd die ervoor is eventuele misstanden te ontdekken en aan te pakken. Het combineren van een gedetailleerde kennis van de wetten, besluiten, richtlijnen en protocollen en de uitvoeringpraktijk bij onderzoek en sanering is daarbij noodzakelijk. Ontbreekt het aan één van deze onderdelen dan maakt dat de handhaving niet effectief.

Artifex Terra kan u een handhaver/toezichthouder leveren waarbij de kennis en praktijkervaring van de afgelopen 25 jaar wordt ingezet. Dit kan zijn ondersteuning voor kortere of langere termijn op inhuurbasis maar ook per project. Artifex Terra heeft ervaring met handhaving en toezicht en deze voor korte of lange tijd, mits het niet gaat om projecten waarbij al een betrokkenheid is, te verzorgen.

Artifex Terra heeft diverse onderzoeken uitgevoerd bijvoorbeeld in het kader van:

  • de afwijkingen door een saneringsaannemer in het kader van de SIKB BRL 7000 en CROW 132/publicatie 400. Bij een aantal bodemsaneringenwerken in Noord-Brabant en Limburg is een opgave gemaakt van de alle afwijkingen die zijn geconstateerd op deze saneringswerken. Hierbij zijn vele afwijkingen geconstateerd variërend van geringe tot ernstige afwijkingen;
  • normschendingen van de NEN5740, NEN5725 en NEN5707 bij een uitgevoerd bodemonderzoek in op een locatie Nuenen. Hierbij kwamen velen afwijkingen van de normen naar voren variërend van kleine tot meer ernstige normschendeningen. Het resultaat van ons onderzoek betrof dat het uitgevoerde bodemonderzoek niet als representatief kan en mag worden beschouwd;
  • mogelijk/onmogelijkheden bij het toepassen van vrijkomende materialen bij kribverlagingen in de Waal. Hierbij is studie gedaan wat er op basis van de Waterwet en het Besluit Bodemkwaliteit wel en niet is toegestaan met bewerking, tijdelijke depots en toepassing van vrijkomende zet-/stortsteen, filterlaag en het zand.

Interessante sites:

OPSTELLEN BESCHIKKINGEN/OMGEVINGSWET

Beschikkingen in het kader van de Wet bodembescherming (Wbb, maar bestaan niet meer bij procedures in de Omgevingswet) zijn nodig om bodemsaneringen te kunnen uitvoeren. Het opstellen, publiceren en afhandelen van deze beschikkingen (besluiten) is een wettelijke taak die ligt bij provincies, omgevingsdiensten en in een aantal gevallen ook bij grote gemeenten. Bij het opstellen van beschikkingen is kennis van de wetgeving van groot belang en de daarbij behorende jurisprudentie die de afgelopen jaren is ontstaan op dit gebied.

Het bevoegd gezag neemt besluiten bij meldingen in het kader van de Wet bodembescherming. Dit kunnen besluiten zijn ten aanzien van artikel 29 en 37 voor ernst en spoed en/of met het instemmen met saneringsplannen in het kader van artikel 39 en evaluatieverslag artikel 39c. Steeds vaker wordt gebruik gemaakt van verkorte procedure in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen (art. 39b).

Bij het nemen van besluiten spelen twee facetten een rol. Er is een inhoudelijke beoordeling noodzakelijk om te bepalen of de melding ontvankelijk is. Is er voldoende inzicht gegeven in de verontreinigingssituatie, is daarbij alle informatie verzameld en zijn de bodemonderzoeken verricht volgens de eisen, richtlijnen en protocollen? Is er voldoende aandacht besteed aan de gevalsdefinitie blijft altijd weer een belangrijke vraag die het bevoegd gezag zich moet stellen bij een melding. Uit recente jurisprudentie van de Raad van State blijkt wel dat daarover nog steeds veel is te doen.

Veel veranderingen

We leven in een dynamische tijd als het gaat om ontwikkelingen in wetgeving. Ook op het vakgebied van bodem is er veel veranderd en verandert er nog veel. Het doel van de die veranderingen is te komen tot meer integraal beleid maar ook tot vereenvoudiging en vermindering van het aantal wetten. Zo zijn er verkorte procedures gekomen door invoering van het Besluit Uniforme Saneringen, zijn de waterbodemsaneringen opgenomen in de Waterwet. En kijkend naar de nabije toekomst zijn er ontwikkelingen. Zo wordt de Omgevingswet ingevoerd waarbij er voor bodemverontreinigingen het beleid van de Wet bodemverontreiniging en Omgevingswet naast elkaar kunnen bestaan.

Naast de inhoudelijke kant bij het nemen van besluiten is het correct volgen van de procedures, regels en het bewaken van termijnen uit de Awb noodzakelijk. Door eigen ervaring is bij een aantal besluiten bezwaar en beroep aangetekend en zijn deze behandeld. Ook moeten de besluiten administratief worden afgehandeld in het Wkpb.

Juridische toets

In het kader van de vraag wie verantwoordelijk is voor een geval van verontreiniging, op wie de saneringsplicht rust en wie daarvoor de kosten moet dragen of op wie eventueel kosten kunnen worden verhaald bestaat het instrument van de juridische toets. Bij de recente projecten van de spoedlocaties maar ook bij de ontwikkeling van steeds meer gebiedsgericht beleid waarbij het initiatief bij de overheid ligt, is de juridische vraag belangrijk. Rust er een saneringsplicht bij een locatie bijvoorbeeld op basis van artikel 55b Wbb en wat is de kans op verhaal van kosten conform artikel 75 Wbb? Is er sprake van ongerechtvaardigde verrijking? Daarnaast kan het belangrijk zijn om uit te zoeken in welke mate meefinanciering door gebruikers of eigenaren van verontreinigde locaties haalbaar is en op welke wijze dit kan. Voor een aantal provincies en bevoegd gezag gemeenten worden bovenstaande werkzaamheden uitgevoerd.

Artifex Terra is nadrukkelijk werkzaam in het vakgebied en volgt de wijzigingen op de voet. In eerdere projecten heeft Artifex Terra gedurende 2 jaar de functie van coördinator Wbb vervult, beschikkingen opgesteld voor gemeente Maastricht en de RUD Zeeland en heeft daarbij veel inhoudelijke en juridische ervaring opgedaan in het opstellen en afhandelen van beschikkingen Wbb  variërend van eenvoudige tot complexe gevallen.